Met het programma De Startversneller wil de Provincie Gelderland een bijdrage leveren aan nieuwe ondernemersinitiatieven. Doel van dit programma, dat door Oost NL in opdracht van de provincie uitgevoerd wordt, is om startende ondernemers te ondersteunen bij het goed ‘op de rails krijgen’ van hun onderneming. Daartoe worden vanuit het programma vouchers verstrekt die starters aan kunnen wenden voor coaching en/of training. Vanwege de nieuwe Provinciale Staten is aan Bureau Bartels gevraagd om een evaluatie uit te voeren van het programma De Startversneller. Daarbij hebben we met name gekeken naar de impact die dit programma heeft op ondernemersvaardigheden en de slaagkans van het startersinitiatief.
Het programma De Groeiversneller maakt onderdeel uit van het (economisch) beleidsinstrumentarium van de provincie Gelderland. De uitvoering van dit programma vindt plaats door Oost NL. Met De Groeiversneller wordt beoogd om Gelderse MKB-bedrijven en starters, die zowel de ambitie als de potentie hebben om te groeien, te ondersteunen. Daartoe wordt aan ondernemers, die passen binnen het programma, toegang geboden tot netwerken, kennis en financiering. Om besluitvorming van Provinciale Staten over eventuele continuering te ondersteunen is aan Bureau Bartels gevraagd om de resultaten van dit programma in kaart te brengen. Daarbij is met name ingezoomd op de bijdrage van De Groeiversneller aan de maatschappelijke uitdagingen die de provincie Gelderland zich gesteld heeft.
In het programma Ik Ben Drents Ondernemer werken de provincie Drenthe, Drentse gemeenten, onderwijsinstellingen en ondernemers(verenigingen) samen aan het stimuleren van het Drentse MKB. Daartoe wordt eerstelijns ondersteuning aan deze ondernemers verleend terwijl voor verdiepende (tweedelijns) ondersteuning doorverwezen kan worden naar gespecialiseerde partijen. Begin 2021 is de tweede fase van Ik Ben Drents Ondernemer van start gegaan waarin ook voorzien is in een tussenevaluatie. Deze evaluatie dient inzicht te verschaffen in de voortgang van het programma, de ervaringen met de uitvoering en bouwstenen te genereren voor de resterende programmaperiode. In opdracht van de provincie Drenthe heeft Bureau Bartels begin 2023 deze evaluatie uitgevoerd.
De provincie Gelderland voert, net als diverse andere provincies, een breed palet aan financieringsinstrumenten. Daarmee wil de provincie bijdragen aan het realiseren van haar beleidsdoelen, waarbij in de huidige coalitieperiode het accent op de aanpak van een aantal maatschappelijke opgaven is komen te liggen. Het Topfonds Gelderland vormt een belangrijk vehikel van het provinciaal financieringsinstrumentarium. Vanuit dit fonds kan namelijk zowel in marktfondsen, in innovatieve Gelderse (MKB-)bedrijven, in duurzame energieprojecten als in projecten voor de transitie van werklocaties/leegstaand vastgoed worden geïnvesteerd. In het besluit tot oprichting is vastgelegd dat het Topfonds Gelderland aan het einde van iedere coalitieperiode geëvalueerd dient te worden. Vanuit deze afspraak heeft Bureau Bartels, in opdracht van de provincie Gelderland, de evaluatie over de periode 2018-medio 2022 verricht.
Vernieuwing en verduurzaming vormt een belangrijke uitdaging voor het Nederlandse bedrijfsleven. Diverse overheidsgeledingen ontplooien dan ook initiatieven om het MKB hierbij te ondersteunen. Een goed voorbeeld daarvan is de provincie Groningen. Zo zet deze provincie al geruime tijd de Subsidieregeling Innovatief & Duurzaam MKB (IDMKB) in. Vanuit deze regeling kunnen innovatieve en duurzame projecten van Groningse ondernemers, die resulteren in een economisch toegevoegde waarde, financieel ondersteund worden. Nu ook de vierde tranche (IDMKB-4) enige tijd loopt, heeft de provincie Groningen Bureau Bartels gevraagd een evaluatie van dit instrument uit te voeren. Doel daarvan is om de provincie Groningen te adviseren over de inhoud en vormgeving van een eventuele follow-up van IDMKB.
De gevolgen van de coronacrisis worden in economische zin ongelijk verdeeld over ‘ondernemend Nederland’. Zo worden bijvoorbeeld de horeca en detailhandel relatief zwaar gedupeerd door deze crisis. Voor dit type ondernemers vormen gemeenten een belangrijke partner, bijvoorbeeld waar het gaat om de invulling van het ondernemersklimaat. Om deze reden wilde het ministerie van Economische Zaken en Klimaat graag zicht krijgen op initiatieven die gemeenten ontplooien om ondernemers, die door COVID-19 in zwaar weer zijn beland, te bereiken en te ondersteunen. Ook was het de bedoeling om inzicht te krijgen in succes- en faalfactoren van deze initiatieven zodat andere gemeenten daarmee hun voordeel kunnen doen. Eindrapport Gemeentelijke initiatieven 'Ondernemers in zwaar weer'.
De winkels in Ommen mogen voortaan iedere zondag vanaf twaalf uur geopend zijn. Voorheen mochten de winkels maar twaalf zondagen per jaar open zijn.
Ommenaren konden hun mening geven via een online vragenlijst. En dit werd massaal gedaan. Uit onafhankelijk onderzoek - dat door ons bureau werd uitgevoerd - bleek dat een meerderheid (61%) voor het opengaan van de winkels op zondag is.
Versterking van de innovatiekracht van het (MKB-)bedrijfsleven vormt een belangrijk speerpunt van het provinciale beleid in Noord-Holland. De provincie Noord-Holland heeft dan ook verschillende typen beleidsinstrumenten. Twee daarvan zijn het ‘Versnellingsprogramma voor duurzame innovaties GO!-NH’ dat zich richt op de idee- en ontwikkelingsfase van de innovatiecyclus en het vroege fase instrument ‘Programma Investeringsgereed MKB (PIM)’. Doel van dit laatste programma is om innovatieve en duurzame starters en MKB-bedrijven in Noord-Holland te ondersteunen bij het verkrijgen van de juiste financiering. Bij de provincie Noord-Holland bestond de behoefte aan een externe evaluatie van beide innovatie-instrumenten om hiermee bouwstenen te verkrijgen voor de wenselijke inhoud en uitvoering van deze programma’s in de periode vanaf 2020. Bureau Bartels heeft deze evaluatie uitgevoerd.
Al ruim tien jaar worden in Flevoland jaarlijks de zogenoemde Flevopenningen uitgereikt. Deze ondernemersprijzen zijn ingesteld om bepaalde typen ondernemers ‘in het zonnetje te zetten’ en een podium te bieden. Uitreiking van de prijzen vindt plaats op een jaarlijks gala.
De provincie Flevoland is vanaf het begin af aan intensief betrokken geweest bij de invulling, organisatie en financiering van de Flevopenningen. Verder participeren ook gemeenten en lokale bedrijvenkringen, bijvoorbeeld bij de voorselectie en nominatie van ondernemers. Mede vanwege recente veranderingen in haar economisch beleid bestond er bij de provincie Flevoland behoefte om haar eigen rol bij de Flevopenningen te herijken. Voor de onderbouwing daarvan heeft zij Bureau Bartels gevraagd om dit initiatief te evalueren.
Nederland scoort goed op het gebied van wetenschappelijk onderzoek maar de valorisatie van kennis naar producten en diensten laat nog te wensen over. In de afgelopen periode zijn er dan ook diverse initiatieven ontplooid om het tij te keren. Een goed voorbeeld daarvan is het landelijke valorisatieprogramma waaraan niet alleen het ministerie van EZK maar bijvoorbeeld ook regionale overheden een bijdrage leveren. Zo verleent de provincie Noord-Brabant financiële ondersteuning aan een drietal Brabantse consortia (Starterslift, Bright Move en Ondernemerslift+) die participeren in dit programma. Hoewel de looptijd van deze Brabantse valorisatieprogramma’s binnenkort afloopt, is de provincie voornemens om haar ondersteuning te continueren. Alvorens te besluiten over de wijze van invulling daarvan wil de provincie eerst echter een evaluatie uit laten voeren van de huidige programmaperiode. Bureau Bartels heeft deze evaluatie verricht voor de provincie Noord-Brabant.
In opdracht van Business Angels Netwerk Nederland (BAN Nederland) hebben we de huidige stand van zaken van de markt van informal investment in kaart gebracht. Ook hebben we een evaluatie verricht van het Business Angels Programma (BAP). Doel van dit programma is om tot meer en betere deals te komen op het gebied van informal investment.
Onderzoek voor het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid naar het verschijnsel van zelfstandigen zonder personeel die niet vanuit vrije wil ondernemer zijn geworden, maar min of meer zijn gedwongen door hun voormalige werkgever.
De sterke toename van het aantal zzp’ers heeft in de afgelopen periode volop politieke en maatschappelijke aandacht gekregen. Een belangrijk aandachtspunt wordt daarbij gevormd door de beperkte pensioenopbouw waarvan bij een aanzienlijk deel van de zzp’ers sprake is. Er worden dan ook diverse initiatieven ontplooid om de pensioenopbouw bij zelfstandigen te versterken.
Een goed voorbeeld hiervan is de wettelijke mogelijkheid die pensioenfondsen hebben om zzp’ers (fiscaal gefaciliteerd) in de gelegenheid te stellen om hun pensioenopbouw vrijwillig voort te zetten. Binnen het kabinet Rutte II is de afspraak gemaakt om te monitoren hoe dit in de praktijk verloopt en hoeveel zzp’ers gebruik maken van deze mogelijkheid. In opdracht van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid hebben we dit in kaart gebracht.